Toen Otto Frank in 1945 naar Amsterdam terugkeerde, nadat hij het concentratiekamp van Auschwitch overleefd had, gaf Miep Gies hem het dagboek van zijn dochter Anne, dat zij in het Achterhuis gevonden had na de wegvoering van de ondergedoken families. Het is niet alleen een toneelstuk over ondergedoken en weggevoerde Joden, maar zeker ook over het volwassen worden van een zeer begaafd, eerlijk kind, in de meest gruwelijke oorlogsomstandigheden. Het is een toneelstuk over de onvoorstelbare gevolgen, die racisme en onverdraagzaamheid kunnen teweegbrengen.
Spelers : Marijke Bollen, Martine Celis, Jos De Meyer, Irene Liebens, Bart Rasschaert, Inge Rasschaert, Jef Rasschaert, Els Roevers, Raf Stabel en Henri Van Horebeek
Medewerkers Gaston Celis, Victor Van Hove, Paul Celis, Carl Reynders, Bart Van Horebeek, Paula Lemmens, Veerle Van Horebeek, Paul Noppen, Rudy Noppen, Rommeke Van Roelen en Monique Broeckaert
Auteur : Frances Goodrich en Albert Hackett kregen als beloning voor dit toneelwerk de “Pulitzerprijs”
Regie : Julie Godts
Speeldata : maart 1992